Vrijstelling opcentiemen onroerende voorheffing
De analyse van de financiële toestand van het gemeentebestuur leert dat er nog behoorlijk wat ongebruikte beleidsruimte is. Deze ruimte moet worden gebruikt om een investeringenbeleid te voeren, maar ook een bijkomende ondersteuning van de Essense burger is noodzakelijk
Deze kan best worden gekaderd in het woonbeleid en het economisch beleid van de gemeente. Dit voorstel beoogt dan ook de invoering van een vrijstelling op de gemeentelijke opcentiemen op de onroerende voorheffing gedurende een aantal jaren. Die kan de vorm aannemen van een compenserende subsidie, zodat niet aan de belastingtarieven zelf moet worden geraakt.
De subsidie zou bijvoorbeeld kunnen gaan naar :
• Essenaren die in onze gemeente een eigen woning bouwen of verwerven.
• Startende bedrijven in onze gemeente, of de uitbreiding van bestaande bedrijven met een belangrijke impact op de werkgelegenheid.
• Renovatie van woningen (al dan niet in de formule “wonen boven winkels”) om ze via het Sociaal Verhuurkantoor op de markt te brengen.
• Woningen die worden omgebouwd tot passiefhuis of zeer grondig worden geïsoleerd.
Wij stellen voor om hiervoor minstens 150.000 EUR uit te trekken op jaarbasis, aangezien daarvoor probleemloos de nodige financiële ruimte kan worden gevonden. Vanuit dat vertrekpunt kan dan concreet bekeken worden, ondermeer op basis van de ervaringen van andere gemeenten, hoe de subsidie het best vorm kan worden gegeven.
Om deze subsidie in de begroting van 2010 in te voegen en te zorgen dat ze op 1 januari 2010 in werking kan treden, moet hiervan nu werk worden gemaakt.
De gemeenteraad van Essen beslist principieel dat er een vrijstelling van de gemeentelijke opcentiemen op de onroerende voorheffing moet worden ingevoerd, geeft opdracht aan het schepencollege om dit verder uit te werken en voor te leggen aan de gemeenteraadscommissies woonbeleid, lokale economie, leefmilieu en financiën en aan de respectieve adviesraden zodat een reglement hierover kan worden besproken en goedgekeurd in samenhang met het budget voor 2010.
Ingediend door