Intrekking activeringsheffing
In februari vorig jaar werd beslist om een activeringsheffing in te voeren. Hoewel de hele gemeenteraad achter het doel ervan stond, met name om het aanhouden van bouwgronden om puur speculatieve redenen tegen te gaan, waren er toen al ernstige twijfels over de efficiëntie van de belasting. Zo werd aangetoond en niet weerlegd dat naar verwachting slechts één bouwgrond per eeuw extra op de markt zal komen. Bovendien bleken er praktische problemen bij de uitwerking van het reglement, zodat het college twee keer met een voorstel naar de raad moest komen vooraleer het door de meerderheid werd aanvaard.
Pas onlangs werd door het college ook besloten om de inning op te starten. Bij het opvragen van de informatie kwamen allerlei bijkomende problemen aan het licht :
• De late inning haalt elk effect van de belasting onderuit. Immers, wie kan er nu worden aangezet om in 2015 (het jaar waarvoor de belasting wordt betaald) een grond te verkopen, als de belasting pas in 2016 wordt geïnd ? Aangezien zo de reden voor de belasting wegvalt, wordt deze onrechtmatig.
• Ook gronden waarop met een vergunning andere gebouwen dan woningen werden neergezet, worden als belastbaar beschouwd. Hierdoor wordt elk vertrouwen in het eigen vergunningsbeleid ondergraven. Bij een consequente toepassing hiervan wordt ook het beleid om winkels in de centrumstraten aan te moedigen tegengewerkt. Het reglement creëert hierover geen duidelijkheid.
• De regeling voor de vrijstelling in het woonbos en de weekendzone is niet waterdicht in het reglement ingeschreven. Daardoor ontstaat een ongelijkheid tussen de delen van Essen waar het college van plan is om het reglement toe te passen (woonzone) en de delen waar het college het reglement zoals het nu bestaat niet wil afdwingen.
• De grootste problemen ontstaan bij mede-eigendom. De gedetailleerde vragen hierover (die de dag na de vorige gemeenteraad werden gesteld) bleven tot op heden onbeantwoord.
Tot nu toe weten we daarover :
o Dat een bouwgrond alleen van de belasting wordt vrijgesteld als alle eigenaars een vrijstelling hebben. Dat betekent dat vier personen die drie bouwgronden samen bezitten élk drie kinderen moeten hebben om een vrijstelling te krijgen.
o Dat het gemeentebestuur telkens maar één eigenaar heeft aangeschreven, die met de anderen contact moet opnemen zodat die elk de nodige vrijstellingen aanvragen. Wat dus betekent dat mensen hun recht op een vrijstelling niet kunnen uitoefenen tenzij ze door die mede-eigenaar (die daar zelf vaak geen belang bij heeft) werden verwittigd.
o Dat het gemeentebestuur zich tot één mede-eigenaar zal richten, die dan de volledige belasting moet betalen, en dat zelf moet terugvorderen van de anderen. Er ligt geen enkele verdeelsleutel vast, dus zal de zaak in veel families voor de vrederechter moeten worden gebracht.
De belasting zorgt voor dermate veel problemen en onrechtvaardigheden dat ook voor de voorstanders van het principe duidelijk moet zijn dat het sop de kool niet waard is geweest. Het verstandigste is dan ook om de belasting gewoon volledig af te schaffen, en naar andere manieren te zoeken om het woonbeleid in Essen te versterken.
De gemeenteraad van Essen trekt het raadsbesluit van 25 februari 2015 betreffende de gemeentelijke activeringsheffing in.
Ingediend door