Op basis van de (aflopende) beheersovereenkomst en de betreffende samenwerkingsovereenkomst heeft het AGB de opdracht om de goederenloods aan Hemelrijk te restaureren en om een nieuwe bestemming ervoor aan het gemeentebestuur voor te stellen.  De restauratie, waarvan de kostprijs op dit ogenblik geraamd wordt op 4,6 miljoen EUR, is volop aan de gang.  Ze wordt gefinancierd met Essens, provinciaal, Vlaams en Europees belastinggeld.  Daarnaast loopt ondertussen al verschillende jaren een zoektocht naar een nieuwe bestemming, waarvoor wordt samengewerkt met Kempens Landschap.

Ondanks de gewaardeerde professionele ondersteuning door Kempens Landschap kunnen we uit het verloop van de besprekingen afleiden dat het AGB er niet in zal slagen om een voorstel te doen waarbij de invulling van de loods een maatschappelijke en financiële meerwaarde zal krijgen die opweegt tegen het aangewende belastinggeld.

Anderzijds is het duidelijk dat het Essen aan verenigingsinfrastructuur en aan podium-infrastructuur ontbreekt.  Die vaststelling is niet nieuw, maar werd onlangs geaccentueerd door de voorziene sluiting van het Gildenhuys in de Stationsstraat.  Om aan die noden tegemoet te komen, is er sprake van de bouw van een nieuw polyvalent centrum in de Statiewijk.

Het is duidelijk niet verantwoord om aan de ene kant de loods te restaureren en vervolgens zonder een behoorlijke recuperatie van de maatschappelijke investeringskost aan een privé-investeerder ter beschikking te stellen, en anderzijds een nieuw gebouw te voorzien (dat bovendien ten vroegste binnen een vijftal jaren zou gerealiseerd worden) voor de zeer reële noden van de Essense verenigingen.

Dit voorstel beoogt daarom om principieel te beslissen dat de loods zal gebruikt worden als polyvalent centrum voor de Essense verenigingen en om vervolgens een behoeftenonderzoek op te zetten.  Dat moet zowel de bestaande noden in kaart brengen als de mogelijke toekomstige noden, en vereist dat het gemeentebestuur een gesprek aangaat met al wie op dit ogenblik infrastructuur ter beschikking stelt aan de verenigingen (private zaaluitbaters, vzw’s, parochies…).  Op die basis kan dan over de concrete invulling van de loods beslist worden.  Eventueel kan dan alsnog een gedeelte ervan een horecabestemming krijgen of kan een andere vorm van concessie worden overwogen, als dit in het concept past.  Uiteraard dient ook andere gemeentelijke infrastructuur (zaal Rex en de andere gemeenschapscentra bijvoorbeeld) in samenhang hiermee te worden bekeken.

Juridisch is er geen probleem om de lopende besprekingen op deze manier stop te zetten : het mandaat van het AGB gaat in geen geval verder dan het voorstellen van een bestemming aan het gemeentebestuur, en het heeft zich dus per definitie in de besprekingen tot niets verbonden.