De Pastorij moest een nieuwe verantwoordelijke krijgen nadat de overeenkomst met de vorige werd opgezegd na onduidelijkheden over zijn statuut. Daarover zal de Arbeidsrechtbank de knoop moeten doorhakken, en alles wijst erop dat het gemeentebestuur in 2001 onder de naam “concessie” eigenlijk een arbeidsovereenkomst afsloot. Daarom werd juridisch nu voor een nieuw opzet gekozen : de gemeente schreef een overheidsopdracht uit voor de uitbating van de Pastorij. Daarop kwam één inschrijving, zodat de opdracht ook werd toegewezen.

Al die beslissingen werden door het schepencollege genomen, maar de gemeenteraad moest nu het huishoudelijk reglement van de Pastorij aanpassen. Wat Dirk Smout (N-VA/PLE) en Willy Hoppenbrouwers (Open Vld) de kans gaf om de gebruikte werkwijze te bekritiseren. Ze wezen erop dat het college niet kon kiezen tussen een conciërge en een concessie, en dan maar een tussenstatuut opzette dat commercieel niet interessant en in de praktijk niet goed werkbaar lijkt. Enkele concrete praktische vragen van Erik De Meyer (VB) waarop geen antwoord kwam onderlijnden dat punt. Cultuurschepen Hennekam (sp.a) en burgemeester Van Tichelt (CD&V) antwoordden dat ze een goed evenwicht hadden gevonden tussen een vrije uitbating en voldoende mogelijkheden voor de verenigingen die gebruik maken van de Pastorij. Smout vroeg zich echter af hoe lang het zal duren : wat als de nieuwe uitbater regelmatig voor enkele mensen het café moet openhouden ?