Skip to content

Een leefbaar Essen

  • We stoppen de groei van onze gemeente en zorgen ervoor dat Essen geen stad wordt. We voeren daarom een voorzichtig woonbeleid, gericht op het behoud van de open ruimte en het vermijden van extra verkeersdrukte. We gaan enkel nog kleinschalig en gefaseerd verkavelen volgens het principe van de inbreiding, en geven extra premies voor de renovatie binnen de woonkernen.
  • We geven meer plaats aan groen, planten extra bos, en zorgen voor minder beton.
  • We veranderen het Heuvelplein en andere dorpspleinen in gezellige en bruisende ontmoetingsplaatsen.
  • We creëren meer kansen voor grondgebonden, niet-industriële landbouw, en spelen natuurbehoud en landbouw niet tegen mekaar uit.

Inleiding

U kon er niet naast kijken. Er werd in Essen héél veel gebouwd de voorbije jaren.  Essen kreeg er aan een hoog tempo sociale huur- en koopwoningen bij.  Tegelijk mocht de private markt ook haar gangen gaan, en die bouwde Essen vol appartementen.  Vanuit de Essenaren was er niet zo veel vraag naar dat soort woningen.  Dus werden er heel veel nieuwe inwoners aangetrokken.  De nieuwe woningen brachten ook extra verkeer mee.  De wegen raken overbelast en de open ruimte komt onder druk.  De limiet komt in zicht.  Essen heeft ondertussen 19.000 inwoners, en is dichter bebouwd dan alle andere landelijke gemeenten in de omgeving.  Essen mag geen voorstad van Antwerpen worden, geen tweede Kapellen.  Essen moet een mooie en landelijke gemeente blijven.

Want beeld het je maar eens in… Essen, maar dan zonder weiden, zonder velden, zonder bossen.  Zonder dieren, zonder bloemen, zonder bomen.  Neen, dan zou het misschien nog wel Essen heten, maar het zou Essen niet meer zijn.  Groen en open ruimte maken onze gemeente tot wat ze is.  Maar ze staan onder druk.  De voorbije jaren werd steeds meer ruimte gebruikt om te wonen, en dus ook voor het verkeer.  Omdat we een landelijke gemeente willen blijven, moeten we nochtans heel zuinig zijn op de natuur en de open ruimte.  We moeten proberen te gaan voor méér, niet voor minder.  En ook voor béter.

1 Een ander woonbeleid

Essen voldoet aan de normen voor sociale koop- en huurwoningen. Er staan er meer dan het “sociaal objectief” van de Vlaamse overheid ons oplegt.  Dat is niet altijd zo geweest, maar de voorbije jaren is het wel zo geworden.  Het is snel gegaan.  Te snel : er zijn meer woningen bijgekomen dan Essen er nodig had.  Bovendien is er onvoldoende in fases gewerkt.  Dus zijn er heel veel sociale woningen ingenomen door nieuwelingen, wegens onvoldoende Essense kandidaten.  Mensen die wél graag in een wijk willen wonen waar alle huizen hetzelfde zijn.  Die wél het nodige geld voor een bescheiden koopwoning wilden neertellen.  Die mensen zijn van harte welkom, daar niet van.  Maar ze bewust aantrekken, dat had Essen echt niet mogen doen.

Tegelijk mocht de privésector zijn gang gaan en volop verkavelen en appartementen bouwen.  In sommige appartementen wonen wel Essenaren, maar die willen daar meestal niet lang blijven.  Want wie graag in een appartementje woont, die woont meestal liever gewoon in Antwerpen.  Wie in Essen wil wonen, kiest meestal bewust voor een huis.  En dus trekken die appartementen zeker op termijn weer vooral nieuwe inwoners aan.

Dat kunnen we niet meer volhouden.  Onze wegen kunnen nog meer verkeer niet meer aan.  Onze landbouwgrond, onze bossen en parken komen te sterk onder druk.  We moeten zuiniger worden op onze grond.  Op uw grond ! En onze dorpen moeten er als een dorp blijven uitzien.

Daarom moeten we in de eerste plaats inzetten op renovatie van de bestaande woningen.  Of een oude woning afbreken om er een nieuwe te zetten.  Alleen voor kleinschalige nieuwbouwprojecten, met mondjesmaat, is er in Essen nog plaats.

Daarvoor hebben we in de eerste plaats een nieuwe woonbehoeftenstudie nodig.  Die ook kijkt naar wat voor type woningen de Essenaren willen.  En op welk moment we de vraag kunnen verwachten, zodat we kunnen faseren.

Om renovatie aan te moedigen evalueren en verhogen we ook de renovatiepremies. We moeten het voor u echt aantrekkelijk maken om een verouderde woning in Essen terug op te knappen.

Daarbij willen we de Essenaren ook helpen.  We hebben in het gemeentehuis sinds enige tijd een dienst huisvesting, en die moet u met raad en daad bijstaan als u gaat bouwen of verbouwen.  Om energiezuinig te bouwen, bijvoorbeeld.  Beter voor u, beter voor het milieu.  En eerlijk gezegd ook beter voor ons, het gemeentebestuur, want als ons OCMW schuldenproblemen moet aanpakken zit de energierekening daar vaak voor veel tussen…  We gaan u ook helpen om “levensloopbestendig” te bouwen.  Jonge bouwers denken er vaak niet aan dat ze later misschien wat slechter te been kunnen zijn.  Gelukkig maar, er is al genoeg om u zorgen over te maken.  Dus moeten wij daaraan denken, en u uitleggen wat u kan doen.  Zodat u later gewoon in uw huisje kan blijven wonen, en wij een serviceflat kunnen uitsparen.  We gaan ook helpen om woningen te maken waar er al plaats voor is.  “Wonen boven winkels” gaan we ondersteunen door aan te moedigen dat er naast de winkelruimte  een aparte inkom voor de woonruimte  wordt ingericht.

Kleinschalige verkavelingen voor Essense jongeren  

Nieuwe sociale woningen willen we voorlopig niet bouwen.  Om de Essenaren te helpen die geen woning vinden, versterken we het Sociaal Verhuurkantoor.  Wel willen we hier en daar proberen een kleinschalige verkaveling te realiseren, volgens het principe van de inbreiding.  Telkens twee of drie stukjes grond die de Essenaren betaalbaar kunnen kopen en waar ze zelf hun woning op mogen bouwen.  Dat is beter voor iedereen. Het geeft u meer vrijheid om het huis te bouwen dat u wil.  En het kan goedkoper, want u werkt zelf mee en weet veel beter dan de sociale woonmaatschappijen bij welke aannemer in de streek u het best geholpen wordt.  We passen natuurlijk voorrangsregels toe, zodat het mensen met een binding aan onze gemeente zijn die hier kunnen bouwen.

Waar gaan we die sociale verkavelingen mogelijk maken ? Liefst door in te breiden : de gaten in de bestaande kernen opvullen.  Al houden we er wel rekening mee dat ook dorpskernen groen en open ruimte nodig hebben om te kunnen ademen.  Eventueel gaan we voorzichtig buiten de kern kijken.  En dan nog moeten we kiezen voor de gebieden die het dichtst bij de woonkernen aansluiten.  Zonder het eigen karakter van onze dorpen te verstoren, want Hoek moet vooral Hoek blijven, en Horendonk Horendonk.

Gaan we dan helemaal geen sociale woningen meer bouwen ? Toch wel, maar enkel voor specifieke doelgroepen.  Seniorenflats of woningen voor mensen met een beperking.  We maken ook werk van een project voor begeleid wonen.  Dat past in de plannen voor de “Woonzorgzone” aan de Bijstergebouwen in de Nollekensstraat.  Die plannen willen we versneld uitvoeren.

Sociaal Verhuurkantoor versterken

Als gemeentebestuur kunnen we niet alles zelf bouwen of kopen.  Daarom werd er de voorbije jaren een Sociaal Verhuurkantoor (SVK) opgezet.  Dat beheert heel wat woningen, die het zelf huurt van de gemeente of op de privémarkt, en dan aan sociale voorwaarden doorverhuurt.  Dat is de goede manier om wie het financieel moeilijk heeft, te helpen op de woonmarkt.  Dat SVK gaan we daarom verder uitbreiden.  We gaan het ook aanmoedigen om woningen via het SVK te verhuren.  Bovendien gaan we de begeleiding van de SVK-huurders verder versterken.  Een woning aanbieden is één ding, maar soms is “helpen wonen” ook nodig.  Dat vermindert bovendien het risico op overlast.

De voorbije jaren werd ook Huize Calmeyn actief, het project voor tijdelijk wonen in de voormalige gebouwen van RVT Sint-Michaël.  Een mooi sluitstuk van het woonbeleid.  Al is het natuurlijk niet de bedoeling dat mensen er voor lange tijd gaan wonen. Calmeyn moet een tijdelijke opvang blijven. En we willen ook daar de begeleiding versterken.  Zonder betuttelend te worden, natuurlijk.  Maar we laten mensen nu eenmaal niet graag te veel aan hun lot over.

2 De weekendzone hoort ook bij Essen

Een groot stuk van de weekendzone van Wildert werd omgevormd tot “woongebied met bosrijk karakter”, Woonbos Wildert, zeg maar.  Daar mag u dus vanaf nu ook permanent wonen.  Gelukkig is er zo een einde gekomen aan de onduidelijkheid en de rechtsonzekerheid.  Maar de lusten komen niet zonder de lasten, zo gaat dat in het leven.  Die lasten wegen soms zwaar, dat begrijpen we.  Maar iedereen moet zich nu eenmaal aan de regels houden.  De ene wel en de andere niet… dat is alvast niet eerlijk.  Daarom gaan we een plan uitwerken om te zorgen dat we de handhaving van de regels systematisch gaan aanpakken, en niet langer willekeurig.

De omvorming tot Woonbos brengt ook voor de gemeente verplichtingen met zich mee, natuurlijk.  Als u in het Woonbos woont, krijgt u dezelfde rechten als de andere Essenaren.  En dezelfde dienstverlening.  Op termijn komt er ook bij u riolering.  De wegen blijven boswegen. Het gemeentebestuur mag ze zelfs niet verharden.  Maar dat is geen reden om ze niet te onderhouden.  Dat gaan we beter en stipter doen dan voorheen.  We gaan net zoals voor alle andere wegen netjes plannen wanneer welke straat aan bod komt.  We gaan duidelijke kwaliteitsnormen opleggen aan de aannemers.  En daar gaan we ze ook aan houden.

Woont u in de weekendzone die (nog) niet is omgevormd tot woonzone met bosrijk karakter ? Dan hebt u in de eerste plaats recht op duidelijkheid.  Zo willen we voor de weekendzone in Horendonk in de komende jaren samen met het provinciebestuur naar de juiste oplossing zoeken.

3 Mooie straten, gezellige dorpen

Een mooie, aangepaste en betaalbare woning is heel belangrijk.  Maar woningen staan natuurlijk niet zomaar in de leegte.  De straat, de wijk, het dorp en de inrichting van de publieke ruimte bepalen mee of het er aangenaam vertoeven is.  Zeker in een landelijke gemeente als Essen is dat cruciaal.  We gaan daarom heel hard werken aan mooie straten, gezellige pleinen, en dorpen met een eigen karakter.

Maar laten we beginnen… bij de laatste fase.  Want we kunnen alles wel heel mooi plannen, en zelfs prachtig aanleggen, als we het nadien laten verkommeren dan haalt het weinig uit.  Daarom gaan we een heel hoge prioriteit geven aan onderhoud.  We willen de straten netjes houden, en kleine mankementen (een losliggende tegel, afbrokkelende wegbeddingen, putten…) zo snel mogelijk aanpakken.  We zorgen dat u goed weet hoe u ons het probleem kan melden, en zodra u het ons doorgeeft, schieten we in actie.  Ook het groen in de Essense straten willen we in orde houden.  Anders heeft het allemaal weinig zin dat we hier in investeren.

Mooie straten en wijken, daar wordt al hard aan gewerkt.  We willen meer straten als een echte “laan” inrichten.  Niet alleen bomen zijn belangrijk, ook de kleine stukjes groen.  Zo mogen er meer komen, en we gaan ze ook wat anders opvatten.  Met meer natuurlijke beplanting : dat is beter voor de vogels en de insecten, en het vraagt ook minder onderhoud.

Ook speelpleintjes zijn natuurlijk belangrijk in de wijken.  In nieuwe geplande wijken en verkavelingen zullen bijkomende speelpleinen voorzien worden. Daarbij kiezen we vooral voor leuke, avontuurlijke pleintjes met veel mogelijkheden.  Liefst op een goed zichtbare plaats, zodat er voldoende sociale controle is.  En vanzelfsprekend gaan we ook hier voor een degelijk onderhoud zorgen, want weinig plekken zijn zo troosteloos als een verwaarloosd speelpleintje.

Kiezen voor karakter

Als we nieuwe straten aanleggen, of de bestaande heraanleggen, dan willen we ze ook meer karakter meegeven.  Omdat alle gemeenten in Vlaanderen met dezelfde studiebureaus werken, gaan stilaan ook alle straten op elkaar lijken.  Maar onze Kerkstraat moet er toch niet hetzelfde uitzien als die van pakweg Anzegem of Zondereigen ? Daarom gaan we regelmatig beroep doen op ontwerpers in plaats van alleen op ingenieurs.  En zelf gaan we natuurlijk ook goed opletten dat we voor mooie en typische materialen kiezen.

Dat gaat ook op voor onze dorpen.  Het eigen karakter van Hoek willen we verder blijven versterken.  Voor Horendonk is de heraanleg van Over d’Aa cruciaal.  Die moet zo snel mogelijk worden afgerond.  In Wildert moet de doortocht van de Kalmthoutsesteenweg worden aangepakt.  Ook daar moeten we duidelijk maken dat de weg door het dorp loopt, in plaats van zoals nu te suggereren dat er twee gescheiden woongemeenschappen langs weerskanten van de weg wonen.  En het Sint-Jansplein is toch te groot om helemaal als parking te gebruiken ? Een deel daarvan kunnen we veel leuker inrichten.  Als we de parkeerplaatsen wat beter schikken, dan komt er ruimte voor iets anders.  In de zomer zou hier een prachtig terras kunnen staan, niet ? Of een ijs- en koffiebar, bijvoorbeeld.

Om nog even in Wildert te blijven : het is goed dat de camping definitief gesloten wordt.  Het leegstaande terrein willen we graag voor recreatie gebruikt zien, maar met een zo beperkt mogelijke impact op de omgeving.

Er wonen veel mensen in Heikant.  Daardoor heeft de wijk onvermijdelijk een beetje een “dorpscentrum” gekregen, rond de Heikantstraat.  Daar moeten we het beste van maken, en het ook meer als een centrum inrichten.  Dat hangt heel sterk samen met de mobiliteitsproblemen.  En met de toekomstige bestemming van de site van de voormalige houtzagerij.  Twee onbekenden, waardoor we nog niet echt knopen kunnen doorhakken.  Maar Heikant leefbaar, rustig en residentieel houden wordt één van onze grote uitdagingen.

Tenslotte is er Essen-Centrum.  Hier moet echt ingegrepen worden.  De stationsomgeving heeft veel minder uitstraling dan zou kunnen, en het verkeer loopt er vast.  Daarom willen we eens heel grondig kijken naar de plannen die een studiebureau uitwerkte om het viaduct te vervangen door een plein dat onder de sporen doorloopt.  Dat zou echt iets heel moois kunnen worden.  Met Rex als toneelzaal en de goederenloods als polyvalente zaal, en bovendien de sporthal vlakbij, kan dit het socio-culturele centrum van onze gemeente worden.  En tevens de toeristische poort in de richting van het domein Hemelrijk.  We beseffen dat dit een meerjarenplan wordt, maar hier willen we absoluut het beeld van Essen een andere wending geven.

Aan het knooppunt Stationsstraat-Nieuwstraat willen we de winkelfunctie benadrukken.  Essen heeft een volwaardige winkelstraat nodig, anders gaat winkelen in onze gemeente heel onaantrekkelijk worden.

Het Heuvelplein werd afgesloten voor autoverkeer vanuit Horendonk, maar daarbij werd de kans gemist om het plein zelf ook veel aantrekkelijker in te richten.  We richten de doortocht anders in, door de as van de Nieuwstraat te verleggen.  Daardoor ontstaat er ruimte voor een terras aan beide kanten van de straat.  We maken het plein zelf helemaal parkeervrij, en plaatsen zitbanken en bloembakken.  Door de parking acher het gemeentehuis anders in te richten, creëren we daar meer ruimte.

4 Een gemeente waar nog ruimte is

Essen heeft een gemeentelijk ruimtelijk structuurplan.  Daarin liggen de grote lijnen vast : waar willen we woonruimte, waar industriegebied, waar landbouw en waar natuur.  Maar dat plan is veranderd.  De voorbije jaren werd een nieuw plan vooropgesteld, maar tot nu toe werd er nauwelijks aan begonnen.  Daar maken we dus een prioriteit van.

Nu, die grote lijnen zijn één ding, vaak zijn het de details die belangrijk zijn.  Bij het opmaken van bestemmingsplannen voor specifieke gebieden, de ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUPs), worden dikwijls de echte keuzes gemaakt.  De voorbije jaren zijn er voor verschillende gebieden in Essen RUPs uitgewerkt.  Als we echt keuzes willen maken, dan moeten we meer RUPs kunnen opstellen.  De procedure duurt al gauw enkele jaren, en dus gaan we er enkele tegelijk opstarten.  Daar koppelen we ook een financieel plaatje aan.  Als we een RUP opmaken dat het gemeentebestuur geld gaat kosten (onteigeningen, wegen…), dan moeten we dat natuurlijk goed plannen.

Zo moeten het domein Hemelrijk, de stationsomgeving en de centrumstraten in één nieuw RUP gevat worden, eens de plannen voor een volledige heraanleg klaar zijn.  En voor het landschappelijk waardevol landbouwgebied rond Hoek willen we ook een specifiek RUP, zodat we er de landbouw en het landschap samen kunnen verankeren.  Er komt ook een RUP om de beekvalleien van de Kleine Aa en de Spillebeek te vrijwaren, en één voor de belangrijke kleine landschapselementen doorheen de hele gemeente.

Een belangrijk uitgangspunt daarbij is dat we u zekerheid willen geven.  Onduidelijke toestanden, zoals we die gedurende jaren in de weekendzone of langs Spijker hebben gekend, willen we de wereld uithelpen.  Die leiden immers alleen tot onzekerheid en onrechtvaardige situaties, waarbij de ene wel mag wat voor de andere verboden is.

Bovendien willen we sommige bestemmingen ook effectief op het terrein realiseren.  Dat betekent dat we al eens iets moeten durven afbreken.  Bijvoorbeeld aan Sany Logistics, waar we op termijn gewoon terug landbouwgebied van willen maken, als dat financieel haalbaar is.

Die plannen maken we als gemeentebestuur niet alleen.  Onvermijdelijk zullen we beroep blijven doen op studiebureaus, maar die willen we vooraf wel meer input geven, zodat ze weten in welke richting ze kunnen werken.  We willen hen ook een strakker tijdschema opleggen, want nu duurt de planning vaak veel te lang.  We willen bovendien de betrokkenen meer van bij het begin bij de plannen betrekken, door een hoorzitting te organiseren vooraleer het studiebureau aan de slag gaat.  En we rekenen op de Gecoro (gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening) om de plannen echt bij te sturen.  Daarom willen we graag een Gecoro die het bestuur durft tegenspreken, die een eigen visie ontwikkelt en ons dwingt om onze keuzes goed te onderbouwen.

De principes van een strak ruimtelijk beleid, waarbij we de open ruimte en het landelijke karakter van de gemeente willen vrijwaren, trekken we ook door naar de toekenning van vergunningen zoals de milieuvergunning of de socio-economische vergunning die nodig is voor bepaalde economische activiteiten.  En we maken werk van een degelijke handhaving, samen met de politie.  Want plannen maken op papier is één ding, ervoor zorgen dat ze “ten velde” niet met de voeten worden getreden is vaak nog iets anders.

5 Plaats voor de landbouw

Geen landelijke gemeente zonder landbouw. Dat klinkt evident, maar het is het niet. De landbouw als economische sector staat onder druk. En al te vaak worden natuurbehoud en landbouw onterecht tegen elkaar uitgespeeld. Voor ons staat de leefbaarheid van de familiale landbouwondernemingen voorop. Daarom willen we in de eerste plaats werken aan zekerheid voor de boer als ondernemer, en de gebieden die we op termijn als landbouwgronden willen vrijwaren, ook duidelijk zo bestemmen.

Ook in onze gemeente vinden we industriële landbouw.  Eigenlijk zou de Vlaamse overheid daar afzonderlijke gebieden moeten voor afbakenen.  Zolang dat niet het geval is, kunnen ze niet anders dan op landbouwgrond terecht.  We geven hen daarvoor alle kansen maar hebben wel voldoende aandacht voor het inperken van hun omgevingshinder.  Maar we zien er liever geen nieuwe meer bijkomen : we geven de voorkeur aan grondgebonden landbouw.

We gaan de landbouwers actiever betrekken bij het beheer van het landbouwlandschap. Samen met de boeren bekijken we hoe we zo veel mogelijk diversiteit in teelten kunnen behouden, zodat er in Essen naast maïs ook terug andere gewassen  groeien. Nu al hebben veel landbouwers in Vlaanderen een beheersovereenkomst met de Vlaamse Landmaatschappij (VLM) afgesloten. In dat kader werken landbouwers gedurende enkele jaren vrijwillig mee aan een project rond soortenbescherming of tegen bodemerosie. Omdat in heel Vlaanderen gemerkt wordt dat dit een positief effect heeft op de biodiversiteit en de waterkwaliteit, willen we die vrijwillige overeenkomsten ook in Essen stimuleren.

We voorzien verder een subsidie voor het aanplanten en beheren van kleine landschapselementen, zoals knotwilgen, houtkanten, kikkerpoelen… Als het kan, werken we daarvoor samen met het Regionaal Landschap de Voorkempen – de subsidiemogelijkheden die zij bieden willen we immers ten volle benutten. Daaraan koppelen we een gratis plantgoedactie, om het zo mogelijk te maken om de verplicht opgelegde groenschermen die nog niet werden aangeplant ook in orde te maken. Daarbij gaan we er wel vanuit dat niet alles wat nieuw geplant wordt, er ook voor eeuwig moet blijven liggen. Soms zal er nadien al eens iets terug verplaatst moeten worden.

We stimuleren de landbouwers om duurzaam te werken : economisch efficiënt, ecologisch en sociaal aanvaardbaar. Verder willen we hen aanzetten om hun activiteiten te verbreden. Dat kan door het hoevetoerisme te promoten, en ruimte te bieden voor plattelandsklassen. Ook zorgboerderijen bieden mogelijkheden, zoals het succesvolle initiatief aan Rouwmoer aantoont. Daarnaast willen we de eigen verkoop van producten aanmoedigen, de zogenaamde “korte-ketenverkoop”. Daarom gaan we informatieborden plaatsen, zodat de toeristische maar ook de educatieve waarde van de landbouwactiviteiten beter uit de verf komt.

Om de landbouwers daarbij te ondersteunen, zouden we liefst samen met enkele andere gemeenten een landbouwambtenaar aanstellen. Die kan dan een netwerk uitbouwen en als aanspreekpunt dienen, maar ook initiatieven voor de landbouw nemen. Samen met de landbouwers, die we naar analogie met de werkgroep leefmilieu in een “werkgroep landbouw” proberen samen te brengen.  Bijvoorbeeld om te helpen bij het verbreden van de activiteiten en om onderling nog meer samen te werken. Bij het samen aankopen van goederen en diensten, zoals in Essen nu al gebeurt. Of om samen met een landschapsarchitect na te denken over de inrichting van het landbouwgebied. Andere mogelijkheden zijn het oprichten van landbouwleerpaden of het organiseren van een landbouwmarkt – in samenwerking met de plattelandsverenigingen. Zo betrekken we iedereen bij de landbouw !

6 Een actief natuurbeleid

De voorbije jaren voerde het gemeentebestuur een actief groenbeleid, en dat willen we verderzetten.  De natuur in onze gemeente kan namelijk wel een steuntje gebruiken: de biodiversiteit in onze gemeente –de verschillende soorten planten en dieren die hier leven– nam de voorbije decennia sterk af.  Dat maakt onze gemeente minder aantrekkelijk.

Daarom moeten we de grotere natuurgebieden in onze gemeente goed beschermen, en de kwaliteit ervan verbeteren.    De voorstellen van Natuurpunt en de Werkgroep Leefmilieu vormen daarbij ons uitgangspunt.  Zo blijven we inzetten op een versterking van de vallei van de Kleine Aa.  Die willen we zoveel mogelijk opnieuw in bochten laten lopen.  Meanderen, heet dat.  Eventueel verleggen we de fietspaden daarvoor.  Het stukje tegen de Nederlandse grens willen we als een natuurgebied ontwikkelen.  En het Ringlandplan, een strook natuur in het midden van de Ringweg naar Roosendaal, willen we graag waarmaken.

Ook andere kansen om bossen uit te breiden willen we benutten.  De opbrengstbossen moeten we evalueren. Wellicht is de natuurwaarde die we eruit kunnen halen veel groter dan wat het hout opbrengt.  Het zou ook mooi zijn om in Horendonk aan het Benegobos een natuurgebied met grazers te realiseren.  Het bosbeheersplan voeren we ambitieus verder uit.

Tegelijk werken we aan een groot draagvlak voor de Essense natuur.  Samen met alle betrokkenen (de natuurverenigingen, de jeugd- en sportraad, de Afdeling Natuur en Bos van de Vlaamse overheid…) werken we aan een goed evenwicht.  Met wandel-, fiets- en ruiterpaden zorgen we ervoor dat zoveel mogelijk mensen ervan kunnen mee genieten.  Zonder dat de recreatiedruk te hoog wordt, natuurlijk.  We leggen dat allemaal zoveel mogelijk vast in bestemmingsplannen (RUPs).  Dat doen we trouwens ook met de natuur in de woongebieden. Alleen door de bestemming te verankeren zorgen we ervoor dat onze gemeente niet overal helemaal van beton wordt.  Omdat we allemaal liever in een aangename, groene omgeving wonen !

Ook kleinere stukjes groen kunnen heel veel bijbrengen. Er zijn verloren plekjes (ruilverkavelingsdriehoeken, bijvoorbeeld) die beplant kunnen worden.  En de wegbermen ! Daarvan hebben we er kilometers.  Sommige moeten we eerst terug vrijmaken.  Om dat aanvaardbaar te maken, moeten we ze als gemeentebestuur natuurlijk  goed onderhouden.  Daarbij gaan we wel duidelijke principes hanteren. We blijven in elk geval de bestaande regels naleven (bermdecreet), we nemen zoveel mogelijk bermen in ecologisch beheer, en we gaan na waar we met een tweejaarlijks onderhoud kunnen werken, naar het voorbeeld van onze zuiderburen in Kalmthout.  Daar wordt het ene jaar de ene helft van de berm gemaaid, en het andere jaar de andere helft.  Zo kunnen zoveel mogelijk soorten het maaien overleven.  We nemen het beheer van de bermen, dat nu door de natuurverenigingen gebeurt, stelselmatig over, zodat de verenigingen zich op andere taken kunnen concentreren.

Wonen in het groen

Ook aan het groen in de straten geven we veel aandacht.  De voorbije jaren is er begonnen met een stelselmatige aanpak van de bomen in de verschillende wijken.  Op die ingeslagen weg gaan we absoluut verder, waarbij we vooral inzetten op een degelijk onderhoud van de aanplantingen.  Bij de keuze van de bomen denken we ook aan de bijen en de vogels.  Die houden we ook in het oog bij de keuze van de beplanting in het straatbeeld.  Die mag er best wat minder “afgelikt” uitzien, als we daarmee de natuur beter kunnen helpen.  De meest waardevolle bomen in onze gemeente komen in het specifieke RUP dat we voor de landschapselementen en het erfgoed opmaken.

Wie gaat bouwen of een bedrijf opstart, krijgt van ons een folder over natuurlijk tuinieren  en bijen- en vlindervriendelijke planten.  We leggen ook uit hoe u in woonstraten met tegeltuintjes of geveltuintjes toch voor groen kan zorgen.  En we gaan op zoek naar de mooiste én de meest biodiverse tuin in onze gemeente.  Het volkstuinparkje blijven we natuurlijk ondersteunen, en we denken ook na over een systeem van tuinruil : heeft u een tuin waar u zelf niet meer voor kan of wil zorgen ? Misschien heeft een andere Essenaar wel interesse !

Essen, waar dieren thuis zijn

Als gemeentebestuur dragen we de vogels een warm hart toe.  Daarom grijpen we de kansen aan om gierzwaluwkasten te plaatsen, en gaan we ook na hoe de kasten die er zijn zo goed mogelijk beschermd kunnen worden.  En tenslotte ondertekenen we als gemeentebestuur het Natuurpuntcharter voor de biodiversiteit.  Daarmee gaan we als gemeentebestuur nog een vogel adopteren : de roodborsttapuit.  Wedden dat die zich binnen zes jaar als nooit tevoren thuis voelt in Essen – net zoals u !

Een gemeente die goed is voor de dieren, is trouwens goed voor de mensen.  Daarom zorgen we ervoor dat er bij de politie minstens één agent zich specialiseert in Dierenwelzijn.  We sporen ook actief mensen op die zich bezondigen aan dierenmishandeling (gif strooien, stroppen plaatsen…).  En het gemeentebestuur koopt een chiplezer zodat we dode dieren kunnen identificeren en de eigenaars op de hoogte kunnen brengen.  We ondersteunen het Essense asiel Canina.

Sommige dieren zien we liever niet komen.  Ratten, bijvoorbeeld.  Op onze vraag is de rattenbestrijding versterkt, en dat willen we zo houden.  Ook zwerfkatten kunnen een probleem worden.  Dat houden we dus goed in de gaten, en indien nodig nemen we de gepaste maatregelen.

Afval voorkomen

Essen voert een degelijk afvalbeleid, al vele jaren.  We gaan op die ingeslagen weg verder.  We blijven proberen om u ervan te overtuigen dat u preventief beter afval vermijdt, of het hergebruikt.  Lukt dat niet, dan gaan we recycleren.  Pas als laatste stap komt storten in aanmerking.  We blijven daarom het thuiscomposteren aanmoedigen.

We weten dat de papierophaling door de verenigingen niet haalbaar blijft.  Zoals we elders al uitleggen, werken we daarom aan een alternatieve ondersteuning voor hen.  En we kijken strenger toe op het verbod om zomaar textiel of oud ijzer op te halen.

Het engagement van de gemeente in de “statiegeldalliantie” zetten we verder, en we moeten ook een oplossing zoeken voor het probleem dat ondernemers niet meer (tegen betaalbare tarieven) op het containerpark terechtkunnen.

De vuilnisbakjes in de straten zijn pas vernieuwd.  Een hele stap vooruit.  We blijven die wel goed in de gaten houden.  Het is niet de bedoeling dat ze zwerfvuil aantrekken natuurlijk.  Als dat toch gebeurt, dan zorgen we ervoor dat het zo snel mogelijk opgeruimd geraakt, en we maken werk van een actieve opsporing.  Daartoe voorzien we een interventieteam binnen de gemeentelijke groendienst.  We zetten ook de gemeentelijke administratieve sancties (GAS) in.  Die willen we ook beter gebruiken om het opstoken van afval of ander vervuilend materiaal te bestrijden.  De luchtkwaliteit in onze gemeente is immers ook een verantwoordelijkheid van ons allemaal.

Tenslotte hebben we als gemeentebestuur een voorbeeldfunctie.  Zo zorgen we ervoor dat we bij voorkeur drukken op (minstens gedeeltelijk) gerecycleerd papier.  En we gebruiken duurzaam hout en ecologische kuisproducten.  En als we nieuwe voertuigen kopen, dan houden we ook rekening met de zuinigheid en de milieuvriendelijkheid.

7 Water, de rest komt later !

De Essense waterhuishouding in orde houden wordt één van de grote uitdagingen van de komende jaren.  Europa wil dat onze waterkwaliteit verder verbetert.  Maar natuurlijk is dat ook gewoon belangrijk voor ons eigen leefmilieu.  Zoals heel Vlaanderen maken we daarom systematisch werk van gescheiden riolering, waarbij regenwater afgekoppeld wordt van afvalwater.  Bij hevige regenval loopt het regenwater immers beter rechtstreeks in de beken, om zo overstromingen in de dorpskernen te vermijden. Daartoe werken we samen met Infrax een meerjarenplan uit.  En als u op de nieuwe riolering moet aansluiten, komt een afkoppelingsdeskundige u met raad en daad bijstaan.  Infrax voorziet daarbij ook subsidies, en die willen we zeker behouden zien.

Om ook op korte termijn werk te maken van een betere waterkwaliteit, gaan we andere technische oplossingen bekijken, zoals retentiebekkens ter hoogte van de plaatsen waar de riolen het water niet altijd kunnen slikken (overstorten).

We willen de waterwerkzaamheden kaderen in een algemeen waterplan voor Essen.  Daarin bekijken we hoe we onze waterlopen zo goed mogelijk kunnen beschermen.  Zo overwegen we een bufferbekken dat in de buurt van de waterzuiveringsinstallatie het verontreinigd water ophoudt, zodat het niet zomaar in de Kleine Aa stroomt.

We werken ook een slotenplan uit, waarbij we de waterretentie van de sloten willen versterken.  Dat betekent dat we ervoor zorgen dat het water er niet te snel doorheen stroomt. Dat is beter voor de weiden, en goed tegen overstromingen.  We gaan na welke gebieden in Essen te nat zijn om ooit bebouwd te worden, en halen ze via een RUP uit het woonuitbreidingsgebied.  Als we toch verkavelen, maken we een degelijke watertoets en gaan we na waar er buffers moeten worden aangelegd.  We werken tenslotte de aansluiting van de Magerbeek op de Vest aan de Oude Pastorij af.

Tenslotte gaan we als gemeentebestuur zoveel mogelijk gebruik maken van regenwater.  We kijken na waar we de toiletten kunnen omvormen.  Samen met de brandweer bekijken we ook eens of het regenwater niet als bluswater kan worden gebruikt.

8 Essen, een duurzame gemeente vol energie

Natuurlijk letten we ook op het energieverbruik van het gemeentebestuur.  We trekken duidelijke conclusies uit de energiescans die er de voorbije jaren gebeurden.  We investeren verder in isolatie en andere energiebesparende maatregelen.  We voorzien groendaken en plaatsen zonnepanelen waar het kan.  Op die manier maken we het engagement waar dat we zijn aangegaan om een klimaatneutrale organisatie uit te bouwen.  Bovendien zijn we zuinig met verlichting op openbare plaatsen, al kan hier en daar een extra licht worden aangezet als dat nodig is voor de veiligheid.  Misschien kan een LED-verlichting met sensoren hier en daar een oplossing bieden.  Maar te veel licht is hinderlijk voor mens, plant en dier.  We doen ook mee aan de jaarlijkse Nacht van de Duisternis.  En ook het gemeentelijk wagenpark maken we groener, al gaan we daar wel verstandiger mee om : een bestelwagen op CNG-gas was een goed idee, de handicar op CNG was dat eigenlijk niet.

We denken ook aan uw energiezuinigheid.  We gaan na of de premies die de voorbije jaren werden ingevoerd allemaal wel efficiënt werken.  En we blijven meewerken aan de groepsaankoop van energie die vanuit het provinciebestuur wordt georganiseerd.  Ook de Essense bedrijven moedigen we aan om energiezuinig te werken, onder meer door het organiseren van gezamenlijke energiescans.  Tegelijk proberen we hen te helpen om zeker te zijn dat ze op elk ogenblik voldoende energie aan betaalbare prijzen kunnen aankopen.

Niet alleen in het energiebeleid kiezen we voor duurzaamheid.  Op alle domeinen van het gemeentebeleid integreren we de “Sustainable Development Goals” die de Verenigde Naties overeengekomen zijn.  Zo schakelen we Essen in een wereldwijd verhaal in !